Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Langerhans symposium te Zwolle

redactie

Allereerst werd gesproken over een nieuwe mogelijkheid om patiënten voor te lichten, te motiveren en te coachen op het gebied van gedragsverandering via computer en internet. De patiënt voert zijn/haar profiel in en krijgt geselecteerde informatie; advies op maat. Als praktijkondersteuners hoeven we voorlopig echter niet bang te zijn dat we binnenkort werkeloos zullen worden. Persoonlijk patiëntencontact op het gebied van voorlichting en educatie zal ook in de toekomst een onderdeel van ons beroep blijven.
Dat lichaamsbeweging essentieel is en blijft bij diabetes kwam in de volgende voordrachten naar voren. Er werden resultaten gepresenteerd van een onderzoek waarin obese diabeten 65 weken lang intensief begeleid werden door een diëtist, psycholoog, bewegingstherapeut, arts en zorgcoördinator. Deze begeleiding had als resultaat dat het gemiddelde BMI daalde en stabiliseerde (bij aanvang 38.81, na 15 weken 35.48, na 65 weken 35.07). Andere parameters zoals glucoseregulatie en tensie verbeterden ook significant, waardoor zelfs met medicatie geminderd kon worden.
Op zich prachtig, maar de vraag blijft wat de langetermijneffecten zijn als patiënten na zo’n intensieve periode terugvallen in oude gewoontes. Het blijft dus belangrijk om te wijzen op lichaamsbeweging en gewichtsreductie, waarbij begeleiding een ondersteunende rol kan spelen. En fietsen of wandelen telt ook, als de patiënt maar beweegt!

Nieuwe medicijnen

De ontwikkelingen op medicamenteus gebied kwamen uitvoerig aan de orde.
Opvallend is dat de nieuwe groep medicamenten die besproken werd, anders werken dan de medicijnen die we kennen. Het lijkt er op dat medicijnen die het gewicht kunnen laten dalen en medicijnen die de betacel niet alleen kunnen stimuleren (zoals SU-derivaten) maar die ook de functie ervan kunnen behouden of zelfs verbeteren, in de toekomst een plek krijgen bij de behandeling van diabetes.
Een bruikbaar alternatief voor subcutane insuline zou inhaleerbare insuline kunnen worden. De werking hiervan is soortgelijk aan de insuline die we momenteel gebruiken. Het zou in de toekomst ingezet kunnen worden bij extreme spuitangst, of ernstige huidproblemen waardoor prikken niet mogelijk is. Groot verschil is dat de dosering in Eh ongeveer tien keer zo hoog ligt omdat een deel de longblaasjes niet zal bereiken en opname vanuit de longblaasjes ook niet volledig is.
Er is nog veel onbekend over deze nieuwe middelen. Ze blijven vooralsnog toekomstmuziek. Tussentijdse resultaten lijken veelbelovend, maar onderzoeken zijn nog in volle gang over de werking, effectiviteit, bijwerkingen en niet te vergeten de veiligheid op de lange termijn. We zullen de onderzoeken af moeten wachten voordat echt duidelijk wordt welke plaats deze nieuwe medicijnen gaan innemen in de eerste en tweede lijn.

Al met al een goed inhoudelijk symposium, een prima aanrader voor degene die ontwikkelingen op diabetesgebied wil bijhouden.

Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2007, nummer 4

Literatuurverwijzingen: